Abruzzo: logeren bij de beschermengel

Scroll naar beneden

Het enige wat er nodig is om een middeleeuws dorpje van de teloorgang te redden, zijn de goede intenties van welgeteld één man. Maak kennis met Daniele Kihlgren, de moderne versie van een heroïsche volksheld. 

  • Debbie Pappyn
    TekstDebbie Pappyn
  • David De Vleeschauwer
    Foto'sDavid De Vleeschauwer

Verdwalen in een oud en vervallen 16de eeuws dorpje, ergens in onbekend en rustig Abruzzo in Midden-Italië, heeft iets kalmerend en hypnotiserend. Eeuwenoude, massieve stenen die boekdelen spreken, smalle passages en portaaltjes met trappen die naar een labyrint van gangen leiden of uitkomen op zonovergoten piazzetta’s. Sommige huisjes staan ondanks hun noest karakter nog amper overeind. Een eeuw lang aardbevingen trotseren, laat zo zijn littekens na. In het dorpje zweeft een meditatieve stilte die nu en dan verbroken wordt door groepjes laag scherende zwaluwen. Hoe romantisch dit alles klinkt, toch is er een bepaalde tristesse die in de lucht hangt. Of hoe deze karaktervolle dorpjes aan hun lot worden overgelaten doordat jonge Italianen wegtrekken, naar de steden, naar meer kansen en werkgelegenheid. De oudere generatie blijft alleen achter en maakt gaandeweg plaats voor onbewoonde huizen, verlaten pleinen met lege zitbankjes en misschien het occasionele spook dat hier nog ronddwaalt. Is het lot van al deze karaktervolle, bijna-verlaten dorpjes bezegeld?

Niet als het van de Zweeds-Italiaanse miljonair Daniele Kihlgren afhangt. Een eenzame motortocht in 1999 werd voor deze idealist een openbaring, meer nog, een roeping. Hij belandde in het bijna verlaten dorpje Santo Stefano di Sessanio nabij het Gran Sasso en Monti della Laga nationaal park in de Apennijnen en was in shock. Hij was sprakeloos. Niet alleen de onmenselijke schoonheid van de natuur hier... denk aan landschappen zoals in Nieuw-Zeeland en bergtoppen zo hoog als in de Alpen, maar ook het feit dat bijna alles hier perfect bewaard was gebleven. “Verdwaald langs de modderweggetjes rond Rocca di Calascio, nam ik de weg naar Campo Imperatore en kwam per toeval in Santo Stefano di Sessanio uit. Een nagenoeg verlaten en versterkt stadje, gelegen op 1250 meter hoogte, waar de tijd stil leek te staan. Geen gebouwen uit cement, geen industriële constructies, geen toeristische infrastructuur, zoals chalets op zijn Zwitsers, die je in zoveel Abruzzesi stadjes vindt”, vertelt Kihlgren. Het duurde niet lang voordat Daniele naar Santo Stefano terugkeerde. Niet als motoruitje maar wel met een plan en een missie om dit dorp van de teloorgang te redden.

Het horizontale hotel

In 2004, vijf jaar nadat Kihlgren voor het eerste keer door Santo Stefano wandelde, was het dorp klaar voor zijn tweede leven. Kihlgren kreeg de hulp van grote namen zoals toparchitect David Chipperfield die ook achter het concept van “conservative restauration” staat, oftewel het restaureren met behoud van originele elementen. Chipperfield nam de rol van adviserend architect op zich en werkt momenteel met Daniele samen aan het derde project: een restauratie van een dorpje in de Orte Vallei in Lazio. Het resultaat van het eerste project hier in Abruzzo, kreeg de naam Sextantio, Albergo Diffuso a Santo Stefano di Sessanio mee. Albergo Diffuso staat voor een vrij nieuw concept in de hotel business dat Kihlgren hier toepast: het horizontaal verspreiden van hotelkamers over een bestaand stadje. Het integreren als het ware van een hotel in een dorp waar de gast in een individueel huisje logeert en zich deel van de gemeenschap voelt. Kihlgrens Albergo Diffuso heeft 32 huizen waarvan sommigen al aan buitenlanders verkocht zijn. Een compleet gerestaureerd huis van Kihlgren kopen, kost rond de 1200 a 1500 euro per vierkante meter. Maar deze keer zijn we hier niet om te kopen maar wel om te logeren en Kihlgrens albergo diffuso project zelf eens te ervaren.

We moeten eerlijk zijn, hier inchecken voelt toch wel anders dan anders aan. Er is het dorpje maar waar is de albergo of de ingang? Tot we in begin van het dorpje, op enkele meters van de publieke parking, een bordje ziet hangen waarop Sextantio op geschreven staat. Dit is de lobby waar er 24/24 uur iemand stand-by staat. Het is al laat en donker en een vriendelijke Italiaan checkt ons snel in en escorteert ons naar de kamer. De Italiaan vertelt al wandelend door de nauwe straatjes wat er allemaal zo in het dorp is. De albergo diffuso van Kihlgren heeft buiten een restaurant, bar en enkele winkeltjes met ambachtelijke koopwaar geen faciliteiten zoals zwembad of een spa. Gasten komen eerder om de omgeving te verkennen en van de sfeer in het dorp te genieten. Hij wilde er geen standaard hotel van maken met traditionele luxe. “Het is niet slapen in een gewoon hotel, maar eerder in een huisje dat perfect is voor de passant die zich hier een paar dagen thuis wil voelen. Vaak met een aanrecht, een tafel en stoelen, een open haard die altijd in de winter wordt aangestoken,…Spartaanse luxe.” omschrijft Kihlgren achteraf de gastenverblijven. Een soort van luxe die hoge profielen aanspreekt. 

We komen te weten dat twee weken voor ons verblijf, de koning en koningin van België hier een paar dagen logeerden en ze grote fan zijn. Blijkbaar trekt het dorpje veel hoge profielen en belangrijke namen aan omdat ze hier in de anonimiteit van het dorpje kunnen vertoeven in tegenstelling tot een hotel waar je veel meer in het oog springt. He moet gezegd, wij voelen ons onmiddellijk thuis in het huisje dat twee verdiepingen telt. Beneden een ruime badkamer met enorm bad en daarnaast een keukentje waar je kunt zitten of relaxen. De krakende trap op naar boven waar er een slaapkamer is met balkon en raam dat over de bergen van Abruzzo uitkijkt. De sleutel is een ouderwetse, enorme, massieven versie die perfect in de zware, oude en houten deur past. Eenmaal binnen wacht ons een verrassing: in de oergezellige en luxueuze kamer staat er bijvoorbeeld een flesje zoete, lokale wijn te wachten, de vloerverwarming werd al aangelegd en verspreid een aangename warmte, alle kaarsjes werden aangestoken, zelfs in de badkamer, en de haard brandt. Het domotica-systeem staat op gedempt en in avondsfeer. Er is geen tv maar wel internet, perfect voor de moderne nomade. Gasten parkeren ook hun wagen net buiten het dorp, zodat het binnen erg rustig blijft. De occasionele Fiat 500 die hier iets komt leveren niet meegerekend.

Goed weggestopt in onze kamer zit er zelfs airco, ingenieus verborgen in een wand. Kihlgren had blijkbaar moeite met dat laatste maar liet het toch toe omdat de zomers hier zo warm kunnen zijn. “Alles wat herinnert aan het dorpsleven probeerden we ook in de huizen te behouden”, vertelt Kihlgren. Er werd enkel gebruik gemaakt van lokale materialen, oude meubels of artefacten werden in de streek rond het dorp gerecupereerd. Moderne technologie zoals vloerverwarming of schakelaars werden zoveel mogelijk weggestopt. Er werd research gedaan en samengewerkt met het Volksmuseum van Abruzzo, gepraat met de oudere bevolking van Santo Stefano zodat we te weten kwamen hoe de mensen vroeger leefden en welke materialen ze gebruikten. De zware bedspreien bijvoorbeeld en het linnen, de patronen zijn gebaseerd op de oude, traditionele manier van weven en werden speciaal voor dit project terug gemaakt.” Kihlgren geeft toe dat niet alles authentiek is. “Voor de badkamer bijvoorbeeld kozen we voor retorische stukken zoals een groot losstaand wit bad in Corian dat er erg strak uitziet. De bedden zien er erg antiek uit maar zijn van uitstekende kwaliteit, de matrassen zelfs met wol gemaakt. De rest blijft robuust, tijdloos en met een link naar het dorpsleven. Wie hier graag komt, zijn reizigers die antropologie snappen, die de verwijzing naar het verleden van de streek appreciëren. Misschien zijn het wel reizigers die ook graag naar Toscane op reis gaan, maar plots zien dat Abruzzo een mooi alternatief is voor de “Chiantishire-isatie” (het alsmaar Engelser, toeristischer en nepper worden) van Toscane.” 

Aardbevingresistent

Ondanks het grote succes van het Sextantio project, de hoge bezettingsgraad tijdens de eerste jaren, de media-aandacht en het openen van Kihlrens tweede Albergo Diffuso in het zuidelijke, UNESCO-beschermende stadje Matera, zat het deze Zweeds-Italiaanse voorhoeder niet altijd mee. Op 6 april 2009 sloeg het noodlot in de stad L’Aquila, op een boogscheut van Santo Stefano, toe. Een aardbeving van 6,3 op de schaal van Richter zorgde voor veel schade in de regio. Ook in Santo Stefano kwam de grote, ronde toren in het midden van het dorp naar beneden. Bizar genoeg bleven alle gerestaureerde huizen van Kihlgren overeind en liepen geen schade op. “Het geheim zit hem in de onzichtbare anti-aardbeving technieken die we tijdens de restauratie gebruikten. Wat je ziet, zijn oude houten balken maar, weg van het oog onttrokken, werden ze met stevige, stalen staven versterkt,” zegt Kihlgren. “Huizen met verschillende verdiepingen kregen onder de ouderwetse tegeltjes en de vloerverwarming ook speciale, stalen structuren om een aardbeving de baas te kunnen.”

Maar waarom viel de oude toren van Santo Stefano dan wel naar beneden? Omdat er kennelijk net voor Santo Stefano’s restauratie, een groot betonnen platform geïnstalleerd werd zodat de toren als uitkijkpost kon dienen. Die kwam natuurlijk genadeloos naar beneden, als een blok beton op een fragiel kaartenhuisje. Het duurde maanden voordat de weg naar Santo Stefano weer open was en het dorpje weer mensen kon ontvangen. Wie nu naar Santo Stefano afreist, ziet in het oude centrum grote stellingen die antieken muren moeten rechthouden en een toren die geleidelijk aan weer in opbouw is. Wat je ook ziet in Santo Stefano, is dat Kihlgren in zijn opzet slaagde. Beter nog, veel burgermeesters van gelijkaardige dorpjes in Zuid-Italië spreken van de “Kihlgren methode”. De lokale overheden kijken tevreden toe maar doen zelfs niks. Volgens Massimo di Cintio, een van de meest actieve promotors van de streek Abruzzo, zou er veel meer financiële steun vanuit de overheid moeten komen.” Nu wordt alles met privé-geld mogelijk gemaakt. Subsidies, belastingvoordelen en indirecte bijdrages zouden een restauratieproject zoals dat van Daniele Kihlgren een stuk vooruit helpen en laten renderen. Nu is het nog wat vechten tegen de windmolens. ”

Don Quichot van de details

Ondertussen, in Santo Stefano, is de oudere generatie er nog steeds maar er is ook een golf van jongere mensen die hier nu plots wel willen wonen of gewoon tijdens het weekend komen uitrusten. Zelfs enkele buitenlanders kochten hier onlangs huizen op. Er opende terug een bar waar ’s morgens vroeg vooral de locals hun koffie gaan drinken. Een supermarktje aan de overkant, enkele souvenirwinkels die handgemaakte dingetjes verkopen, een kaas- en charcuterieshop met producten uit de regio. En natuurlijk het restaurant plus de wijnbar waar het home-made en uitgebreide ontbijt voor de gasten van de albergo wordt geserveerd. “Ons restaurant brengt gerechten met ingrediënten die vroeger frequent werden gebruikt maar nu vergeten zijn. Bepaalde verse kruiden, of vergeten groenten zoals de grijze linzen en ouderwetse recepten om bijvoorbeeld lam klaar te maken”, vertelt Kihlgren. “En de kleur van de borden, van het servies, is een kleur dat we opgespoord hebben via het museum en dat we speciaal lieten maken.”

Kihlgren heeft een onstilbare drang om alles tot in de perfectie juist te doen. Hier logeren of zelfs gewoon iets eten, is effectief een droom voor de reiziger die van authenticiteit houdt. Maar ondanks het feit dat Kihlgren ook zijn droom gerealiseerd heeft, niet in grote lijnen maar ook tot in het kleinste detail, woedt de storm in het hoofd van deze idealist genadeloos verder. Ondertussen kocht hij in totaal zes andere dorpjes met zijn bedrijf Sextantio op en nog drie met zijn eigen centen. Kihlgren omschrijft zijn Albergo Diffuso Santo Stefano project als zijn persoonlijke “Road to Damascus”.  Misschien is hij eerder een avantgardistische held, een Don Quichot, een pionier die funest toerisme aanvecht en toont dat het ook anders kan. Het enige verschil met Quichot is dat het bij Kihlgren niet bij goede bedoelingen en dromen blijft en dat hij niet alleen Abruzzo’s geschiedenis conserveert, maar met dank aan zijn daden, ook schrijft.

Meer albergo diffuso projecten

Corte Fiorita in Bosa, Sardinië

In de prachtige vallei van de Temo rivier in Sardinië vind je het eerste officiële Albergo Diffuso project ooit. De restauratie begon in 1995 en het hotel ging pas in 2002 open omdat de juiste vergunningen op zich lieten wachten. Logies is in verschillende historische gebouwen verspreid over het stadje. Meer info via www.hotel-bosa.it

Albergo Diffuso La Galatea in Puglia

In het historische dorpje La Galetone werden oude palazzo’s en residenties gerestaureerd tot comfortabele en sobere appartementen. De lokale overheid zit achter het project en zorgt ervoor dat dit autovrije stadje zijn uniek, historisch karakter zo kan behouden.

Sextantio Albergo Diffuso Le Grotte della Civita in Matera 

Het tweede AD project van Daniele Kihlgren in het eeuwenoude stadje Matera in Basilicata dat UNESCO-beschermd is dankzij de unieke grotwoningen. Kihlgren restaureerde 22 kamers verdeeld over het stadje met de receptie in een oud kerkgebouw. Slapen doe je in de Sassi, de grotwoningen, die tot in het kleinste details en met veel precisie werden gerestaureerd. Meer info via www.legrottedellacivita.com

Doen & laten

Santo Stefano di Sessanio bevindt zich op 90 kilometer, oftewel twee uren rijden, van Rome. Het dorpje ligt ook op amper een half uur rijden van de Adriatische kust en de stad Pescara. De beste manier om deze streek te verkennen, is per auto. De wegen in het Gran Sasso Nationaal park liggen er goed bij en de vergezichten zijn spectaculair. Er zijn 27 kamers verspreid over verschillende gebouwen, variërend van kleinere classic kamers tot suites die dubbel zo groot zijn. Een dubbele kamer, een Classic Room, met ontbijt, kan vanaf 100 euro per nacht. Wie via Design Hotels boekt, krijgt soms 10% indien er 21 dagen op voorhand wordt geboekt. Meer info via www.designhotels.com 

Sunny Cars biedt een selectie van interessant huurwagens vanuit Rome aan, gebaseerd op een all-inclusive formule zodat alle extra’s inbegrepen zitten. De goedkoopste wagen is een Fiat 500 vanaf 195 euro per week en wie een Jeep verkiest, kan een Nissan Qashqai huren vanaf 430 euro per week, via www.sunnycars.be

Volg ons op Instagram

Volg @goodbyemag voor leuke tips en bloedmooie vakantie hotspots!

volg ons

Abonneer voordelig!

  • reisreportages over de mooiste vakantiebestemmingen
  • de knapste logeeradressen en lekkerste adresjes
  • tientallen tips voor een vakantie dichtbij of ver weg

abonneer

Deze website maakt gebruik van verschillende type cookies. Hier vind je meer informatie. Akkoord