Frans-Vlaanderen: Thuiskomen in Frankrijk

Scroll naar beneden

We zijn er ons amper van bewust, maar net onder de Westhoek ligt een extra stukje Vlaanderen. Een glooiende groene plek waar ze trots zijn op hun Vlaamse roots en ons als broeders en zusters beschouwen, ondanks die grens. Geen verre, maar dichte familie. Hier, in Frans-Vlaanderen, koesteren ze wat was. En voortaan kun je ook in deze contreien fietsknooppunten verbinden en is die grens dus van geen tel meer. Logisch, het landschap liep altijd al in elkaar over.
 

  • TekstSophie Allegaert
  • Foto'sKarl Bruninx

Ik heb mijn gps al vaker vervloekt dan geprezen. Het ding lijkt amper autosnelwegen te kennen en leidt me telkens weer langs kronkelwegen waarvan ik denk: dit kan toch niet de enige weg naar mijn bestemming zijn? Maar zie, in de Westhoek blijkt dat gebrek plots een troef. Ik cruise langs felgroene weides vol knalgele boterbloemen, passeer zowel kerktorens als wijngaarden en rijd bijna een luie, koppige eekhoorn omver voor ik uiteindelijk beland in Dranouter, waar er e-bikes op ons wachten. Kwestie van meteen duidelijk te maken dat grenzen er hier voortaan nog minder toe doen. Want dankzij het nieuwe knooppuntennetwerk, het eerste in Frankrijk, zijn Vlaanderen en Frans-Vlaanderen nu nog inniger met elkaar verbonden. Die knooppunten lopen namelijk gewoon door, dus hop je over die grens zonder het zelfs te beseffen. Sterker nog, het lijkt wel alsof de Franse kant altijd al op die grens neerkeek. Bailleul, Belle voor de Vlamingen, kan er bijvoorbeeld niet Vlaamser uitzien. Bovendien krijgen alle kinderen in de basisschool hier Nederlandse les en heet de cinema, goed voor één zaal, Flandria. Dat het stadje zo herkenbaar is voor Vlamingen hoeft niet te verbazen. Na de Eerste Wereldoorlog lag Bailleul in duigen en voor zijn heropbouw vond men inspiratie in een Brugs stijlboek. Brugse trapgevels à volonté dus. Het verklaart waarom je hier een beetje thuiskomt en Bailleul nu nog mooier oogt dan vóór die grootscheepse bombardementen.

Eenzame wegen 

Al fietsend verzamel je niet alleen hoogtemeters maar ook inzicht in wat deze streek zo onweerstaanbaar maakt. Voor West-Vlamingen, die overal flarden van hun taal opvangen, is het al helemaal onmogelijk om niet te bezwijken voor die Frans-Vlaamse charmes. Het is alsof je in de tijd terugkeert. Je hoort woorden die herinneren aan je grootouders, ziet bordjes met ‘De Oude Beenhouwerie’, doet inkopen in de abdijwinkel op de ‘Mont des Cats’ en passeert Vlaamsche estaminets met waardinnen van 80-plus, potjesvleesch op de kaart en Anosteké in de frigo: een lokaal bier dat zowel in het Frans- als in het West-Vlaams ‘tot de volgende keer’ betekent. Kortom, het voelt als thuiskomen, maar dan zonder lintbebouwing en andere zeurende eerstewereldergernissen.

Eenzame wegen sturen je door een onaangetast landschap en al klimmend en dalend borrelt er een vreemdsoortige heimwee op, iets waar je je gek genoeg nooit eerder bewust van was. Een zoete weemoed naar dat nostalgische Vlaanderen van toen dat hier nog volop leeft. En net omdat we maar passanten zijn, blijft die liefde oppervlakkig genoeg om alles te verheerlijken en de eventuele akkefietjes (van politiek gekibbel tot overreglementering) te negeren. De Frans-­Vlamingen zullen ongetwijfeld ook nu en dan eens zuchten, maar toch. De heuvels zijn hier bergen, iedereen fleurt op zodra ze je Vlaams horen spreken en je eet ook nog eens bijzonder goed en goedkoop. En het weer valt ook al niet tegen! 

Je suis Flamand

In het ooglijke Boeschepe prijkt zelfs een sterrenrestaurant, dat boven op een groene heuvel uitkijkt op de grens die 200 meter verder ligt. Omringd door schapen, ganzen en een wilde bloementuin met bijenkorven. Een tuin die inspireert om elk onkruidje voortaan aan te moedigen. Hier, in Auberge du Vert Mont, zijn ouderlijke thuis, kookt Florent ­Ladeyn op zijn unieke manier. Zonder ­toegevingen, zonder commerciële overwegingen, maar puur en bomvol liefde voor zijn streek. "Je suis Flamand," zegt hij, "zelfs al spreek ik de taal niet. Het is geen kwestie van nationaliteit of politiek, dit zijn mijn roots, dit is mijn terroir." En hoewel hij al van ’s ochtends zes uur op is en eerder al naar Bloempot, Bloempje en Bierbuik toog, zijn populaire etablissementen in Rijsel, zit de sterrenchef er behoorlijk ­relaxed bij. De man houdt dan ook van een uitdaging en lijkt aan enkele uren slaap genoeg te hebben. Hij werkt alleen met lokale bioproducten. Peper, citroen, koffie, chocolade komen er niet in en worden ingenieus vervangen door lokale varianten, zoals cichorei. Hij tovert met wat er in de buurt gekweekt en geteeld wordt. "Ons zout komt van Cap Gris-Nez, het is meteen ons meest exotische ingrediënt." 
Auberge du Vert Mont, Rue du Mont Noir 1318, Boeschepe vertmont.fr 

Zonder blabla 

Of hoe de liefde voor je geboortestreek zonder veel ­bla­bla in de praktijk omzetten. "Ecologischer en ook gewoon logischer." Florent maakte de klik toen hij bij een boer uit de buurt rapen onder een zeil zag liggen. "Niemand at nog rapen, dus werden ze tot veevoeder gedegradeerd. En ondertussen vliegen we wel exotische groenten uit Azië in. Tien uur onderweg voor vijf minuten plezier, het is te gek voor woorden. Mijn terroir zijn de mensen die hier wonen en leven. En die kunnen alleen blijven als ze hier ook hun geld verdienen. Dus moet je investeren in wat zij kweken. Het verandert de wereld niet, maar wel hun wereld. En ik wil ook bewijzen dat het perfect kan, zonder grote effort, zonder aan smaak in te boeten." ­

Wij zijn al na één hap overtuigd. Onze sterrenlunch van ochere € 21 – er bestaat nog een variant van € 40 en € 60 – is een festijn van contrasten. Primitief en verfijnd, bruut en delicaat en een lust voor het oog. We drinken water uit gerecupereerde wijnflessen, worden licht in het hoofd van de apéro maison, bewonderen de cracker met huisbloempjes en kunnen niet van het huisgemaakte brood blijven. De zon schijnt, Bruce Springsteen schalt door de boxen en de zaak zit, op een dinsdagmiddag, afgeladen vol. Nog voor ons dessert, île flottante met aardbeien, op is, komt Florent afscheid nemen. Hij moet even weg en weer naar Lille, en zegt het met de glimlach. Als je van je passie je beroep maakt, dan tel je je uren niet. En al helemaal niet als je kunt terugkeren naar deze oase.

Weidse vlakte 

Wat verder blijkt dat hooggelegen Cassel op zijn manier ook behoorlijk impressionant is. Het stadje werd in 2018 dan ook verkozen tot ‘Village Préféré des Français’. Er is het marktplein dat charmeert omdat zijn kasseien nog steeds als parkeerplek fungeren, iets wat wij amper nog kennen, er is het interessante Musée de Flandre, waar elke zin ook in het Nederlands vertaald werd, en in het oldskool café Aux Trois Moulins word je als Vlaming met open armen ontvangen. En daarna moet je vooral de oude stadskantelen verkennen. 

Eerst klimmen – de eerste de beste stenen trap brengt je waar je zijn moet – en wat slenteren in het groen voor je weer daalt en via mansbrede trappensteegjes net buiten die stadsmuren belandt. Aan de ene kant Cassel, daarnaast ‘la prairie’, een weidse vlakte. De ‘promenade des remparts’ toont je een Cassel dat ik alvast niet kende. Eentje met weelderige stadstuinen, panoramische vergezichten, aandoenlijke volks­tuintjes en bebloemde paadjes. Het is de perfecte inleiding op de ‘Jardin du Mont des Récollets’, een wonderlijke tuin die meer dan een hectare beslaat, 22 tuinkamers telt en een groene ode is aan de Vlaamse primitieven. Het levenswerk van tuinarchitect Emmanuel de Quillacq, die ons binnenlaat met een vrolijke "goeiendag, kommobin". "Dit was de boerderij van mijn grootvader en er stond geen boom." Maar dat was buiten Emmanuel gerekend. "Hier heb ik, al ploeterend in de aarde, mijn roots, mijn identiteit teruggevonden. Je suis Flamand et on est en Flandre." En omdat de hele wereld steeds meer op elkaar begint te lijken, creëerde Emmanuel een tuin die het clair-obscur van de Vlaamse primitieven eert. Een wonderlijke plek, misschien wel het mooiste plekje van Vlaanderen. "C’est belle quand même la Flandre, tis woar hè." 

  • Musée de Flandre, Grand' Place 26, Cassel, ­­museedeflandre.fr. ­Nederlandstalige gidsen je elke zondag gratis rond.
  • Café Aux Trois Moulins, Grand' Place 50, Cassel 
  • Jardin du Mont des Récollets, Route de Steenvoorde 1936, Cassel, toegangsprijs €6

 

Meer weten?

Het nieuwe fietsnetwerk Vallée de la Lys et Monts de Flandre (of Leievallei en Frans-Vlaamse heuvels) telt 830 kilometer en 31 top départs, de ideale startplekken. Je kunt er je auto parkeren en daarna de fiets opspringen. Je vindt de kaart in de toerismekantoren van de streek of online. En er zijn ook zomerse zoektochten, de routes en deelnameformulieren kun je gratis downloaden. opstapinnoord-frankrijk.com 

Logeren

1.    Bij de sterrenchef
In Vert Mont kun je ook logeren en wel in een van de gloednieuwe, geïnspireerde kamers met zicht op veldbloemen en de Catsberg. En ook hier weet Florent fijn met bruut te verzoenen. Vanaf € 100, vertmont.fr

2.    Bij de boer
Op deze boerderijcamping vind je zowel trekkershutten, woonwagens, chalets en caravans als staplekken voor passerende kampeerders. Op de boerderij worden heerlijke aardbeien gekweekt en je vindt er een grote boerderijwinkel met een superruim assortiment. campingfermedessaules.com 

3.    Bij de fietser
Fietsfanaten komen thuis in deze B&B, de eerste in Frankrijk die zich het label Accueil Vélo mocht opspelden en handig gelegen aan tal van knooppunten. Je fiets stallen, herstellen, poetsen … het kan hier moeiteloos. En in de tuin: een Vlaamse vlag. lagaronde.com 

Na de heuvels … de Leievallei

Net onder die Frans-Vlaamse bergen strekt zich verrassend genoeg Flandre Lys uit, het ­perfecte ­tegengewicht, want heerlijk vlak én nu nog ­onbekend. Drie redenen waarom je een ­ommetoertje aan je uitstap moet breien:

1.    Vlaams vlak
Het nieuwe fietsnetwerk behelst ook dit gebied en is zalig vlak. Trappen naast de Leie, dus zonder ooit te moeten klimmen. Perfect voor wie met kinderen op stap is of gewoon geen bergcourage heeft.

2.    Watersporten
In het sfeervolle Haverskerque ligt een fijne binnen­haven waar je zowel een e-boot, een ­pedalo, een sup als een kano kunt huren. Groot genoeg om avonturen te beleven, klein genoeg om je geen zorgen te hoeven maken.

3.    Ecologisch én voordelig logeren
Vlak naast dat haventje pronken drie houten ecolodges, basic ingericht maar voorzien van alles wat je nodig hebt. Telkens geschikt voor vier personen, of je kunt ook het trio huren. Bovendien betaal je een bescheiden € 36 per nacht. tourisme-flandrelys.fr 

Dit artikel werd eerder gepubliceerd in de zomerspecial van het Goodbyemagazine. 

Volg ons op Instagram

Volg @goodbyemag voor leuke tips en bloedmooie vakantie hotspots!

volg ons

Abonneer voordelig!

  • reisreportages over de mooiste vakantiebestemmingen
  • de knapste logeeradressen en lekkerste adresjes
  • tientallen tips voor een vakantie dichtbij of ver weg

abonneer

Deze website maakt gebruik van verschillende type cookies. Hier vind je meer informatie. Akkoord