Madeira: Een wandelparadijs in de Atlantische Oceaan

Scroll naar beneden

Het groene Madeira is een eiland van contrasten. Langs de kust vind je er hoge kliffen, stranden en warme, mediterrane dorpjes. In het binnenland wisselen bossen en hoogvlaktes zich af met woest uitziende bergtoppen. En overal rondom breekt de Atlantische oceaan op de rotsen. Het is een bestemming bij uitstek voor de wandelaar die op korte tijd zoveel mogelijk variatie wil zien.

  • Jonathan Ramael
    Tekst & foto'sJonathan Ramael

Mijn eerste moment op Madeira was er toch een van lichte teleurstelling. Ik had me er namelijk erg op verheugd om op het vliegveld het beroemde borstbeeldje van Cristiano Ronaldo eens in het echt te bewonderen. Helaas voor de ramptoerist in mij werd op vraag van de familie van de op het eiland geboren voetballer het originele beeld, dat er aandoenlijk kwetsbaar maar licht debiel uitzag, onlangs vervangen door een voor hen meer aanvaardbaar exemplaar. De nieuwe versie is een saai standaardbeeld, dat de man die meer prijzen in zijn kast heeft staan dan hij er realistisch gezien zou kunnen tellen, afbeeldt als de ongenaakbare superheld die hij denkt te zijn. Een jammere beslissing, en ik ben niet de enige die er zo over denkt. Sinds het beeld werd vervangen, startte een groep bewoners een petitie op om het origineel in ere te herstellen. Dit omdat het standbeeld volgens hen “een grotere attractie voor het eiland was dan Ronaldo zelf.” Zo zie je maar dat echte kunstliefhebbers zich niet zomaar aan de kant laten schuiven.

Madeira zelf is natuurlijk verre van teleurstellend. Het ligt op duizend kilometer van Lissabon en op vijfhonderd kilometer van Tenerife, en duikt geregeld op in allerlei lijstjes over de mooiste eilanden van Europa. Op Madeira kan je elk seizoen terecht. In de zomer is het er zelden snikheet en de winters zijn er meestal mild en vrij zonnig. Het eiland is enorm groen, wat logischerwijze ook betekent dat het water er geregeld al eens met bakken uit de lucht valt. Vooral in het noorden is dat het geval. Dat komt omdat de bergen in het centrum van het eiland de meeste regenwolken tegenhouden, waardoor het in het zuiden veel droger is. Het is daarom niet ongewoon om in de hoofdstad Funchal onder een stralende zon in de auto te stappen en drie kwartier later aan de andere kant van het eiland – vaak minder dan twintig kilometer verderop – begeleid door een flinke plensbui weer uit te stappen. Negentig procent van de 250.000 inwoners settelden zich dan ook in het zuiden. Enkel de moedigste zielen wonen noordelijk – zo beweerde toch een van m’n gidsen die er natuurlijk zelf een huis had. Het mag er daar aan de andere kant dan nat zijn, het is er wel heerlijk rustig en wild. “Elk nadeel heb se voordeel,” zei Johan Cruyff ooit. Misschien moeten ze voor hem ook maar eens een leuk standbeeldje maken.

Met de poncho het bos in

Madeira’s wispelturige weer zou ik al snel leren kennen. Wakker worden deed ik met de zon op m’n terras in het zuiden. Toen ik daarna een paar bergen onderdoor reed – het hele eiland lijkt wel ondertunneld – kwam ik plots in verrassend guur herfstweer terecht. Het water dat over me heen gutste heeft natuurlijk wel zijn nut. Over het hele grondgebied werd meer dan tweeduizend kilometer aan zogenaamde levada’s aangelegd. Dat zijn kleine kanaaltjes die het regenwater vanuit de bergen in het noorden naar het droge zuiden voeren om daar de akkers te bevloeien. Langs veel van die kanalen werden wandelpaden aangelegd om alles min of meer te kunnen onderhouden. Deze leiden je vaak door ongerept natuurgebied. Mijn plan van de dag was om bergop de Levada Do Rei te volgen tot aan zijn bron. Het pad leidde me langs een groen bemoste rotswand door dichte bossen, door kleine donkere tunneltjes en onder een donderende waterval door om uiteindelijk doorweekt maar tevreden aan te komen bij een idyllische poel in het bos. Het betoverende uitzicht waar ik normaal gezien onderweg van zou hebben kunnen genieten lag verstopt onder de regenwolken, maar dat zou de komende dagen ruimschoots gecompenseerd worden.

Na het binnenslurpen van een verkwikkende maaltijdsoep reed ik naar Ponta De são Lourenço, een dun schiereiland in het uiterste oosten van Madeira. Het landschap is hier compleet anders. Bomen zie je er niet meer, wel lichtgroen gras en mos. Een woest gebied is het, dat zich over glooiende heuvels en steile vulkanische kliffen de Atlantische Oceaan in smijt. Het geheel doet me meer denken aan het westen van Ierland dan aan de kust van een eiland ter hoogte van Marokko. Ook hier werden vele mooie paden aangelegd. Madeira is een wandelparadijs. Op maar een paar kilometer afstand van elkaar kan je hier van een hoop totaal verschillende biotopen genieten – allemaal via goed onderhouden en gemakkelijk bereikbare routes. Afwisseling troef, dus. Dat zou me de volgende dag nog iets duidelijker worden.

Van de kust naar de bergen

Mijn tweede dag op Madeira begon in de laadruimte van een open jeep die me ten westen van Funchal langs de kust zou rijden. Ook hier bakenen indrukwekkende kliffen het eiland af, maar het plaatje doet veel tropischer aan. Tegen de hellingen in de baai liggen kleine dorpjes uitgespreid tussen de bananenplantages. Veel van de witgewassen huisjes die je hier ziet, zijn door het hoogteverschil enkel per trap te bereiken. Wie hier ’s morgens pistolets gaat halen, heeft stevige kuiten nodig. Toch kan ik me ergere plaatsen inbeelden om elke dag wakker te worden. Lekker koffie drinken op een terras met zicht op de oceaan, en dat op een plek waar geregeld dolfijnen, orka’s en zelfs bultruggen opduiken. Ik zou er wel aan kunnen wennen.

Wie vanuit de dorpjes naar het binnenland van het eiland rijdt, komt alweer in een andere wereld terecht. De mooi onderhouden asfaltwegen van de kust gaan al snel over in iets hobbeligere off road varianten, en uitzichten vol bananenbomen en bloemetjes veranderen in uitgestrekte eucalyptusbossen. Wie daarna nog iets verder rijdt, komt op de hoogvlakte terecht: een rotsig plateau met lage begroeiing waar het fel frisser is. Gezien niemand boven duizend meter hoogte een huis mag neerzetten, is het er volstrekt onbewoond. Hier zie je enkel wat wandelaars en dagtrippers. Het is er prachtig rustig, en het landschap doet soms zelfs wat Scandinavisch aan. En toch kan je in de verte nog steeds de zee en de bananenbomen zien. Madeira is een vreemd eiland.

In de namiddag reed ik het hele plateau over richting Porto Moniz: een badplaats in het noordwesten van het eiland, bekend om z’n natuurlijke vulkanische baden. Hier at ik met zicht op zee, terwijl buiten de golven op de kust inbeukten. Toen even later de zon er doorkwam, doken enkele waaghalzen in goedgevulde bikini’s alsnog het koude water in. Dit zorgde voor een vrij hallucinant beeld. In de natuurlijke poeltjes die door gekartelde zwarte rotsen afgeschermd werden, was het water bijna rimpelloos. Een paar meter verder achter de zwemmers, brak de golfslag echter schuimend op de stenen en leek de oceaan haar uiterste best te doen om het hele eiland van de kaart te vegen. Terwijl de meisjes poseerden voor de foto, hield ik het licht rillend bij pootjebaden.

Een bezoek aan Funchal

Dag drie stond in het teken van de hoofdstad en begon niet onterecht in de Mercado dos Lavradores: de voornaamste markt van Funchal die staat uitgestald in een grote overdekte binnenplaats in het centrum. In de kleurrijke centrale hal worden groenten en fruit verkocht, maar de interessantste plek is de vismarkt achterin. Hier wordt met veel enthousiasme de vangst van de dag aan de man gebracht. Vooral de zogenaamde haarstaartvis (scabbard fish) is alomtegenwoordig. Je vindt ze in bijna elk visgerecht op het eiland, en het zijn bij god lelijke beesten. Ze hebben het lichaam van een paling, de kop van een barracuda en het staartje van een belachelijk veel kleinere soort. Vanop een kilometer diepte vist men ze op, en als ze naar boven gehaald worden blazen door het drukverschil hun ogen op. Zo beweert men toch. Misschien is het gewoon een excuus dat de vis gebruikt om z’n wanstaltige uiterlijk te verantwoorden en zien ze er op de zeebodem net hetzelfde uit. Wie zal het zeggen?

Van de markt trok ik de stad zelf in, en die zag er best gezellig uit. Vooral de smalle Rua de Santa Maria is de moeite waard. Hier werden alle deuren door plaatselijke kunstenaars van vrolijke schilderingen voorzien, en als ’s avonds de terrasjes van de vele cafés en restaurants buitenstaan, wordt het hier een levendige bedoening. Vanaf de waterkant neem ik de kabelbaan richting de botanische tuin die hogerop ligt. Van bovenaf kan je pas echt zien hoeveel hoogtemeters er tussen de verschillende wijken van Funchal liggen. De hele stad werd op een helling gebouwd, en enkel het centrum langs het water is relatief vlak. De botanische tuinen zijn echt de moeite waard, en horen blijkbaar tot de mooiste ter wereld. Nu heb ik er zelf geen tientallen bezocht – de Antwerpse Botaniek staat niet meteen in de globale top tien – maar ik kan er best inkomen. Je lijkt hier in het regenwoud te zitten: loopplatforms en bruggen tussen de boomtoppen, kronkelende paadjes en vrolijke vijvertjes. Her en der zijn zelfs moderne kunstinstallaties te bezichtigen. Beneden in de tuin kan je vanop een Portugees fort over de hele stad uitkijken. De bezieler van het domein – het is nog steeds in privéhanden – is niet bepaald een schooier.

Later op de dag bezoek ik de hoogste klif van Europa. Wie van de Cabo Girao naar beneden springt, doet er enkele seconden en 580 meter over om recht in zee (of uit elkaar gespetterd op de rotsen) terecht te komen. Vroeger gebeurde dit trouwens regelmatig. Het was de populairste plek op het eiland om er een eind aan te maken. Recent werd er echter een restaurantje naast gezet, en bouwde men een glazen skywalk met toegangspoortjes over de afgrond. Meer controle, minder slachtoffers. Leve het toerisme!

Een verborgen oase

Op m’n laatste dag was het de bedoeling per speedboot op walvissenjacht te gaan – met de camera welteverstaan, niet met de harpoen. Op Madeira heb je tussen april en november een heel reële kans er te zien. Hoog op het eiland kijken spotters naar het water, die de bootjes dan naar de juiste coördinaten gidsen. Pech voor mij helaas. De zee is zo onrustig dat het moeilijk wordt om vanuit de verte iets te kunnen zien. Na een halfuurtje tegen beter weten soms metershoge golven te hebben getrotseerd, besloten we dat ons leven ons toch net iets te veel waard was om nog risico’s te nemen en maakten we rechtsomkeer. Geen bultruggen gezien dus, wel kriebels in de buik gehad – je kan niet alles hebben. Gelukkig was er een perfect alternatief voorhanden om m’n reis waardig af te sluiten. Fajã dos Padres is een klein resort dat uit een paar pittoreske huisjes bestaat die vlak aan de zee op de bodem van nog maar eens een diepe klif uitgespreid liggen.

Het domein valt enkel te bereiken per boot of per kabellift (niet voor mensen met hoogtevrees) en is dus compleet afgesloten van de rest van het eiland. Door die vreemde ligging heeft het z’n eigen microklimaat en groeit er papaja en passievrucht – fruitsoorten die op grote delen van de rest Madeira niet gedijen. Je hoort er enkel de golven en het ritselen van de bladeren. Verborgen parels als deze tonen nog maar eens de veelzijdigheid van het eiland aan. Je vindt hier een waaier aan landschappen terug, van zomerse stranden en witgewassen dorpjes aan de zuidkust tot ruige bergtoppen en dichte bossen in het binnenland. Madeira heeft me dag na dag verrast. Het is een bestemming waar elke reisliefhebber iets kan ontdekken dat hem nauw aan het hart zal komen liggen. Op een zo goed als verlaten strand geniet ik onder een palmboom van m’n diner. De avond wenkt, en de zon trekt zich stilaan bloedend achter de horizon terug. Beter dan dit wordt het niet snel meer.

Praktisch 

Erheen

Goodbye vloog met TAP Air Portugal vanuit Zaventem naar Madeira, en maakte onderweg een tussenstop in Lissabon. Voor meer informatie over de vluchten, check www.flytap.com

Verblijf

Goodbye verbleef in het mooie Alto Lido hotel in Funchal, dat deel uitmaakt van de Grupo Cardoso. Meer informatie over het hotel en de kamers vind je via www.grupocardoso.pt.

De jeeptours werden verzorgd door www.adventurelandmadeira.com.

Meer info

Wie meer te weten wil komen over het eiland en wat er zoal te doen is, kan heel wat ideeën opdoen op de officiële website www.madeiraallyear.com.

Deze reportage werd eerder gepubliceerd in Goodbye #17. Wil je als eerste de knapste reisverhalen lezen? Met een abonnement op Goodbye krijg vier nummers gratis bezorgd én geniet je van een mooie korting. Een nummer gemist? Haal jouw ontbrekende Goodbye in huis via BOL.com

Volg ons op Instagram

Volg @goodbyemag voor leuke tips en bloedmooie vakantie hotspots!

volg ons

Abonneer voordelig!

  • reisreportages over de mooiste vakantiebestemmingen
  • de knapste logeeradressen en lekkerste adresjes
  • tientallen tips voor een vakantie dichtbij of ver weg

abonneer

Deze website maakt gebruik van verschillende type cookies. Hier vind je meer informatie. Akkoord