Terug naar overzicht

Carnaval de Tenerife: Alle remmen los op het grootste carnaval van Europa

Eind februari 2020 trok onze reporter naar het zonnige Tenerife. Niet om er op het strand te gaan liggen, maar om in de hoofdstad Santa Cruz de Tenerife het grootste carnavalsfeest buiten Rio de Janeiro mee te maken. Meer dan een week ligt het dagelijkse leven er stil en laat het hele eiland zich meevoeren op het ritme van de muziek.

  • Jonathan Ramael
    Tekst & foto'sJonathan Ramael

Sla me dood, maar Tenerife was vroeger niet meteen de eerste plek waar ik aan dacht als het over avontuurlijk reizen ging. Toen ik er lang geleden als student op vakantie trok, lag ik er een week voornamelijk met m’n lief te vegeteren aan het zwembad. Nu ik vijftien jaar later het eiland opnieuw mag verkennen, heb ik m’n oordeel helemaal bijgeschaafd. Ik heb tijdens m’n eerste bezoek verbazend veel gemist, zo blijkt. Mijn uitvalsbasis is deze keer niet de met hotels volgebouwde zuidkust, maar de in het noorden van het eiland gelegen hoofdstad Santa Cruz de Tenerife. Dat is een verrassend grote en authentieke stad vol gezellige parken, pleintjes en cafés. Toch is sightseeing ook deze keer niet het enige doel van de reis. Ik ben hier om aan hét feest van het jaar deel te nemen.

Eind februari laat zowat iedereen op Tenerife – en op alle andere Canarische Eilanden – alles vallen om samen een week lang uitbundig carnaval te vieren. Het resultaat is een overrompelend bacchanaal en ligt veel dichter bij de zinderende taferelen die we kennen uit Brazilië dan bij de stoet van pakweg Aalst Carnaval. Duizenden mensen dansen in kleurrijke outfits en voortgestuwd door de sambadrums door de straten, aangemoedigd door tienduizenden feestende stadsgenoten langs de kant van de weg. Op elk plein staat wel een muziekpodium en ieder café heeft minstens één buitentoog klaarstaan, zodat het feest de hele week tot in de vroege uurtjes door kan gaan. In totaal trekt het carnaval zo’n 200.000 mensen per dag naar Santa Cruz – dat is ongeveer het hele inwonersaantal. Daar wilde ik – u begrijpt me vast – erg graag eens deel van uitmaken.

Een eerste opwarmertje

Ooit al een chique hotellobby binnengewandeld in een bijeengesprokkelde prinsessenoutfit – inclusief toverstok, regenboogpruik en grote strik met bolletjes? Zeker eens proberen: het komt je zelfrelativering enkel ten goede. Mijn schaamte zakt gelukkig meteen al een paar niveaus, wanneer ik bij het buitengaan een tiental andere travestieten kruis. Ik zal me vanavond alvast niet alleen belachelijk maken. Vrijdagavond vormt traditioneel het voorproefje van wat er later op de week zal volgen. De grote stoet trekt voor het eerst door de straten van de hoofdstad, met aan het hoofd de koningin van het carnaval die de week ervoor verkozen werd. Zij leidt, wuivend vanop een schitterende praalwagen en in een baljurk waar maanden aan gewerkt werd, een schijnbaar eindeloze fanfare van kleurrijk verkleedde dans- en muziekgroepen door de stad. Het is niet meer dan het openingsfeestje, maar ik heb de smaak meteen te pakken. Met m’n camera in de hand waad ik me door een horde groene Ierse kabouters, een troep dansende Chiquita- bananen en een roedel drag queens van meer dan middelbare leeftijd, om uiteindelijk samen met een aantal kindertjes op de foto te gaan met een perfecte en enthousiast “Shamone!” krijsende Michael Jackson-imitator. Ondertussen merk ik dat niet ik – die zonet in een kindertutu uit de lift stapte – mezelf voor schut zet, maar wel de andere buitenlandse journalisten die zonder fatsoenlijke verkleedkleren totaal uit de toon vallen. Party poopers heb je overal.

Omsingeld door dolfijnen

Omdat je op mijn leeftijd nu eenmaal geen hele week meer kan doorfeesten, besluit ik overdag m’n schade in te halen en zoveel mogelijk van het eiland te verkennen. De top van El Teide – een actieve vulkaan en officieel de hoogste berg van Spanje – zit jammer genoeg verscholen achter een flinke wolk vanuit de Sahara aangeblazen woestijnstof. Die klim heb ik dus nog te goed. Dan maar het water op. Tenerife is één van de beste plekken in Europa om dolfijnen, walvissen en zeeschildpadden te spotten. De eerste twee uren van m’n boottocht verlopen vrij rustig. Buiten een verdwaalde schildpad en een familie grienden in de verte – dat zijn de grote zwarte dolfijnen met de bult op de kop – valt er niet veel te bespeuren. Net wanneer we licht teleurgesteld rechtsomkeer maken, duiken er plots twee dolfijnen naast de boot op. Een minuut later worden we letterlijk omsingeld door een familie van meer dan vijftig exemplaren. Ze schieten pijlsnel voor de boeg, spelen in het kielzog, kijken ons vanop hun zij nieuwsgierig aan en halen zelfs sierlijke capriolen uit in de lucht. Meer dan een half uur zwemmen ze met ons mee, zowel de mensen op de boot als zichzelf entertainend. Het wordt een verbluffende en misschien zelfs een tikje ontroerende ervaring. Een tip voor wie zelf op tocht wil: huur een kleinere boot met een Blue Boat License in plaats van op een grote catamaran vol dronken halfnaakte Britten te stappen. Het is iets duurder maar je zal me achteraf dankbaar zijn.

De grote parade

s’ Avonds is het – ik sta alweer in vol ornaat in de lobby – tijd voor één van de absolute topevents van de carnavalsweek. De hele stoet trekt vandaag langs de kilometerslange Avenida de Anaga. Hier dansen tientallen verenigingen in schitterende kostuums voorbij de televisiecamera’s en een uitzinnig publiek, om zo te strijden om de prijs voor de beste choreografie. De passie staat op de gezichten geschreven, en iedereen die met de grote vlag van de groep in kwestie voorop mag lopen, doet dat met een uitdrukking zo trots alsof ze net van een bevrijdingsoorlog terugkeerden. De opzwepende ritmes van de sambatrommels die de dansers begeleiden kletteren oorverdovend tegen de gevels aan, en zorgen ervoor dat stil blijven zitten geen optie is. Ik heb nog nooit het geluk gehad het carnaval van Rio mee te mogen maken, maar dichter dan dit kom je er in Europa niet bij – en de kans dat je achteraf je portefeuille kwijt bent is meteen een stuk kleiner. Wanneer ik ’s nachts in m’n tutu opnieuw naar het hotel wandel, krijg ik al een glimp te zien van wat me de volgende dagen te wachten staat. De cafés puilen uit, er wordt stevig doorgedronken en gedanst en de eerste slachtoffers zitten al verslagen dan wel verbroederend steun te zoeken bij elkaar of tegen random gevels. Nog een kleine week te gaan.

Werelderfgoed en een mini-regenwoud

Relatief uitgeslapen maak ik me klaar voor een nieuwe ochtend – en een nieuwe uitstap – op Tenerife. Er valt immers veel meer te zien dan vulkanen en dolfijnen. Wist je bijvoorbeeld dat het eiland over z’n eigen regenwoud beschikt? Het Parque Rural de Anaga – in het hoge noordoosten van Tenerife – heeft een uniek microklimaat waardoor er veel meer regen valt dan op de rest van het grondgebied. De verweerde en grillige laurierbossen vol mos zijn betoverend om door te lopen, en vormen de oudste biotoop van de Canarische eilanden. Een wandeling hier is een reis door de tijd. Het bos is tientallen miljoenen jaren oud, waardoor je hier letterlijk door een prehistorisch landschap wandelt. Dit is hoe de hele regio er uitzag voor de ijstijden hun ding deden. Jep, bijna het complete Middellandse Zeegebied was vroeger een dichtbegroeid subtropisch regenwoud. The more you know…

Vlakbij dit park ligt de mooiste stad van Tenerife. La Laguna is een sfeervolle studentenstad en al jaren Unesco Werelderfgoed. Het is de oude hoofdstad van Tenerife, en ligt hoger dan Santa Cruz waardoor het klimaat er ’s zomers heel wat aangenamer is. De stad werd gebruikt als blauwdruk voor heel wat latere koloniale steden in Zuid-Amerika. De steegjes en boulevards staan vol oude kerken, musea en sierlijke herenhuizen met mooie binnenplaatsen. Zo goed als het hele centrum is bovendien autovrij, waardoor de historische sfeer er erg goed bewaard blijft en doelloos rondkuieren een plezier wordt. Het is de perfecte daguitstap voor wie het strand beu is, en de ideale omgeving om je met een straffe espresso op een terrasje te zetten en het volk te zien passeren.

Sodom en Gomorra, maar dan leuk

Na de grote parade op zaterdag gaat het feest nog de hele week door. Wanneer ik na m’n uitstap terugkeer naar de hoofdstad om er te lunchen, is het al stevig prijs. De hele stad loopt vol benevelde carnavalisten, de podia op de pleinen worden overrompeld met volk en er wordt hier en daar al lekker tegen elkaar aan geschuurd. Eens de zon ondergaat is het feest compleet en verzamelen een paar honderdduizend uitzinnigen zich in het centrum, waar van alle kanten een kakafonie van muziek komt aanwaaien. De kostuums zijn vaak hilarisch, wild en soms vrij aangebrand. De sfeer is ontzettend vriendschappelijk. Ondanks het feit dat de alcohol hier rijkelijk vloeit en mensen op veel plaatsen letterlijk op elkaar gedrukt staan, is van enige vorm van agressie geen sprake – ook niet tegenover buitenlanders zoals ik. Het aantal keren dat totale vreemden met me op de foto willen, met me komen dansen of me hun fles drank aanbieden – van corona was nog net geen sprake – is bijna niet te tellen. Zondag- en maandagnacht blijf ik tot in de vroege uurtjes meedansen. Het zijn oprecht twee van de beste feestjes die ik in jaren mocht beleven.

De apotheose en de ontnuchtering

Op dinsdagnamiddag trekt de grote parade nog één keer door de stad – iets kalmer deze keer – om officieel en kindvriendelijk het einde van het carnaval in te luiden. Op woensdagavond trekt iedereen zwarte rouwkleren aan om een laatste eer te betonen aan de stoffelijke resten van deze editie, die worden gerepresenteerd door – ik verzin dit niet – een gigantische kartonnen sardine die via een hilarische begrafenisstoet door de straten wordt gedragen. Stiekem gaat het feest daarna gewoon nog door tot zondag. Ik zal het allemaal niet meer meemaken. Op woensdagochtend zit ik alweer op het vliegtuig richting Charleroi. Voldaan en uitgelaten, maar toch ook een tikje ongerust.

Toen ik tussen 200.000 andere feestvierders stond te dansen in een wervelwind van muziek en good vibrations, werd in het zuiden van het eiland het eerste geval van covid-19 in Spanje vastgesteld. Een week later werden de ziekenhuizen in het noorden van Italië totaal overrompeld door patiënten. Nog een week later ging heel Europa in lockdown. Het is erg hallucinant om zien hoe snel alle vanzelfsprekendheden van het leven als een kaartenhuisje in elkaar kunnen storten. Eind februari stond ik in clownskleren middenin het grootste feest van het jaar; veertien dagen later zat ik voor twee maanden in quarantaine in m’n pyjama. En daarom, beste mensen, moeten we met z’n allen altijd van het moment genieten. Het plezier kan voor je het beseft voorbij zijn.

Tenerife is meer dan de pure zon-, zee en strandbestemming waarvoor het vaak versleten wordt. Je kunt er prachtige steden bezoeken, door mooie natuurgebieden trekken, onvergetelijke animal encounters beleven en van één van de meest uitbundige volksfeesten in Europa genieten. Carnaval de Tenerife mogen meemaken vanop de eerste rij was een geweldige ervaring, en ik hoop dat het niet m’n laatste keer zal zijn. Laat ons dus hopen dat we zo snel mogelijk de huidige malaise achter ons kunnen laten om weer zonder remmen van het leven te genieten. De wereld is veel te mooi om hem achter gesloten deuren te beleven. Mijn tutu ligt al klaar.

PRAKTISCH

Voor alle informatie over Tenerife of andere Spaanse bestemmingen, surf naar www.spain.info.

Wil je meer te weten komen over het carnaval, bezoek dan www.carnavaldetenerife.com.

Goodbye verbleef in Hotel Taburiente in het centrum van Santa Cruz. Wie het carnaval ten volle wil beleven slaapt best in de hoofdstad zelf en zeker niet in het Zuiden: het is een stevige rit en je wil op het einde van de avond niet met een paar honderd anderen op een taxi staan wachten. Een hotel boeken tijdens de carnavalsweek doe je best lang op voorhand – tot een half jaar toe. Het feest is in heel Spanje erg populair en het aantal kamers is beperkt. www.taburientehotelsantacruzdetenerife.com

Volg ons op Instagram

Volg @goodbyemag voor leuke tips en bloedmooie vakantie hotspots!

volg ons

Abonneer voordelig!

  • reisreportages over de mooiste vakantiebestemmingen
  • de knapste logeeradressen en lekkerste adresjes
  • tientallen tips voor een vakantie dichtbij of ver weg

abonneer

Deze website maakt gebruik van verschillende type cookies. Hier vind je meer informatie. Akkoord